Search

Strategisch patrimoniumplan voor gemeente Meise

Met de Patrimoniumplanner brengen we samen met het bestuur data in kaart én tekenen we op basis daarvan een visie uit voor de toekomst van het gemeentelijk patrimonium. Zo leverden we voor lokaal bestuur Meise ook een strategisch patrimoniumplan op. Mondeanen Nele Perdaens en Tine Vleugels gingen in gesprek met algemeen directeur Caroline De Ridder.

Caroline, hoe ben je bij MONDEA terechtgekomen?

“Onze samenwerking met MONDEA begon al met een collega Mondeaan die interim-diensthoofd Grondgebiedzaken was bij ons. Het leek ons cruciaal om te begrijpen hoeveel gebouwen we hebben en welke budgetten nodig zijn om deze goed te beheren. De Patrimoniumplanner biedt daar een antwoord op.”

Wat waren de belangrijkste uitdagingen waar jullie tegenaan liepen?

“We merkten al snel dat we veel zaken ad hoc oplossen. Er was behoefte aan een meer gestructureerde aanpak. Door een wissel in het college was het moeilijk om knopen door te hakken en een visie te ontwikkelen. Er was nog te veel reactief gedrag om gebruikers tevreden te stellen, in plaats van proactief te werken.”

Hoe hebben jullie het traject ervaren, zowel bij MONDEA als in Meise?

Caroline: “Iedereen was en is nog steeds positief over het traject. We verwerkten de resultaten in de omgevingsanalyse. Daarnaast zijn we bezig met het bevestigen van prioriteiten. Het is duidelijk dat we momenteel te veel gebouwen in bezit hebben en dat er waarschijnlijk gebouwen zullen moeten worden afgestoten. De uiteindelijke beslissingen hierover zal de volgende beleidsploeg nemen.”

Tine: “Naast een duidelijke visie vormden we ook gedragenheid. Na de workshops kregen we van zowel politieke als ambtelijke kant de positieve feedback dat de deelnemers zich gehoord voelden.”

Is zo’n strategisch patrimoniumplan meteen zichtbaar? Of duurt dat nog wel eventjes?

Caroline: “We integreren het patrimoniumplan nu in het totale beleid. Er is nog een voorzichtigheid vanuit de medewerkers, omdat de beleidsploeg nog knopen moet doorhakken. Het zal dus nog een tijdje duren vooraleer de inwoner van Meise de acties in het straatbeeld ziet verschijnen.”

Tine: “We adviseerden Meise daarom om in te zetten op communicatie van de visie en de concrete acties. Zo weet de inwoner waarom er in de toekomst aanpassinge zullen gebeuren én dat er verbetering op komst is. Hiermee gaan ze aan de slag.”

Heeft de komst van een nieuwe beleidsploeg binnenkort invloed op het actieplan?

Caroline: “Absoluut. De gevoeligheid rond specifieke gebouwen speelt een rol. Het is belangrijk om gebruikers bij het proces te betrekken en op hun zorgen te anticiperen. De nieuwe beleidsploeg kan invloed hebben op de richting die we opgaan.”

Tine: “We maken een patrimoniumplan op dat uitgerold wordt over meerdere legislaturen. Bij de start van een nieuwe legislatuur zal de nieuwe beleidsploeg dan ook rekening moeten houden met reeds vastgelegde acties. Maar dat kan alleen werken als we ook ruimte voorzien voor nieuwe politieke ambitie. We zetten de rode draad uit en afhankelijk van de wijzigende noden doorheen de legislaturen wordt het patrimoniumplan geüpdatet.”

Jullie leggen binnenkort de dorpskernen van Meise en Wolvertem opnieuw aan. Is dit een gevolg van de patrimoniumstudie?

“We bestudeerden het functioneren van de dorpskernen tijdens de workshops, maar dat zaadje was reeds voor de studie geplant. Het kreeg door de patrimoniumstudie en het debat tussen meerdere stakeholders wel de nodige aandacht om verder te groeien en te rijpen. De heraanleg van de dorpskernen komt initieel voort uit VLAIO en de dienst economie en is gericht op het aantrekkelijker maken van de dorpskernen als geheel. Het beter inzetten en functioneren van de gemeentelijke gebouwen in de dorpskernen was een belangrijk onderdeel van de patrimoniumstudie, en uiteraard gaan die twee trajecten samen.”

Wat ga je zeker onthouden van dit traject?

“De noodzaak om een helikoptervisie te creëren is iets wat ik zeker ga onthouden. Daarnaast werkte het traject ook bemiddelend. Binnen de administratie hebben we genoeg bruggenbouwers om deze uitdagingen samen aan te pakken.”

Zou je het traject aanbevelen aan andere gemeenten?

“Ik zou het traject zeker aanbevelen. Je creëert bewustwording gebaseerd op cijfers die je nadien in een visie omzet. Je ziet dat de ad hoc-wijze niet werkt en net het verwezenlijken van de noodzakelijke acties tegenwerkt. Die bewustwording is essentieel, vooral voor niet-mondige werknemers, zodat er een brug kan worden geslagen tussen politiek en administratie.”

Deze nieuwsberichten vind je wellicht ook interessant